Chris Zwiers (OZ) over de kernrol van de architect in de vastgoedketen

'Regisseur van de verbeelding'

Chris Zwiers (OZ) over de kernrol van de architect in de vastgoedketen

Chris Zwiers, partner bij HPP-lid OZ in Amsterdam, noemt architecten liever 'regisseurs van de verbeelding' dan louter ontwerpers van gebouwen. Vanuit zijn Caribische roots en zijn ervaring in de Nederlandse stedenbouw pleit hij voor architectuur die gemeenschappen samenbrengt, juist in tijden waarin verbinding onder druk staat. In dit gesprek vertelt Zwiers over de waarde van kwetsbare perspectieven, de noodzaak van vertrouwen in de vastgoedketen en de rol van de architect als bruggenbouwer tussen idealen en realiteit.

Door Edwin Venema | HPP

HPP: Waar komt uw achtergrond vandaan, wat vormt uw perspectief?

Chris Zwiers: Mijn wieg stond op Curaçao. Daar is mijn fascinatie voor architectuur begonnen, dankzij mijn vader die aannemer was. Die Caribische achtergrond draag ik nog steeds mee. Het maakt dat ik vaak tussen culturen in denk – en dat verrijkt. Ik zie mezelf als Caribisch én Nederlands, en dat spanningsveld maakt me gevoelig voor diversiteit en gemeenschapsvorming.

HPP: U noemt architecten 'regisseurs van de verbeelding'. Wat bedoelt u daarmee?

Zwiers: Architectuur gaat verder dan stenen stapelen. We brengen dromen en belangen bij elkaar en maken ze concreet. Een architect moet bruggen bouwen tussen investeerders, overheden en bewoners. We vertalen wensen en zorgen naar beelden die gesprek en samenwerking mogelijk maken.

HPP: In de vastgoedketen staan idealen vaak tegenover financiële rendementen. Hoe kijkt u daartegenaan?

Zwiers: Huisvesting is een grondrecht, geen beleggingsproduct. Te vaak ligt de nadruk op kortetermijnwinst. Dan verdwijnen ontwikkelaars na oplevering en blijft er weinig binding met de buurt. Ik pleit voor betrokkenheid op de lange termijn: zorg dat ontwikkelaars, corporaties en investeerders stakeholders blijven. Dan ontstaat ruimte voor investeringen in buurthuizen, veilige routes of volwassen groen – zaken die de gemeenschap sterker maken én waarde toevoegen.

HPP: Vertrouwen lijkt daarin cruciaal. Maar hoe staat het daarmee?

Zwiers: Vertrouwen is broos, zeker sinds de covid-periode. Toch is het dé sleutel voor succesvolle gebiedsontwikkeling. In Hardenberg, waar ik supervisor was, hebben we dat ervaren. Gemeente, ondernemers en bewoners werkten intensief samen. Het resultaat was een levendig stadscentrum dat zelfs landelijke aandacht trok. Zulke successen ontstaan alleen door langdurige betrokkenheid, openheid en de wil om tegenstellingen te overbruggen.

HPP: Hoe kan vertrouwen hersteld worden in een sector die soms zo hard en zakelijk is?

Zwiers: Door echt te luisteren. Ik herinner me een project waar ontwikkelaar en architect totaal langs elkaar heen praatten. Pas toen we samen onze ideeën letterlijk tekenden, ontstond begrip. Een goede leider is iemand die ruimte biedt aan alle stemmen en de mens achter elke rol ziet – of dat nu bewoner, investeerder of collega is.

HPP: Architecten worden nog weleens gezien als idealistische wereldverbeteraars of kostenverhogers. Wat is hun werkelijke toegevoegde waarde?

Zwiers: Dat beeld is achterhaald. Juist door creativiteit en verbeeldingskracht leveren architecten ook harde waarde. Ik werkte eens met een parametrisch bureau dat duizenden oplossingen doorrekende. Uiteindelijk bracht een menselijke schets – met gevoel voor sfeer en maat – de doorbraak. Algoritmes rekenen, maar architecten verbinden ratio en emotie. Dat is niet te vervangen.

HPP: Waar ligt er voor architecten zelf nog werk?

Zwiers: We moeten zelfkritisch zijn. Architecten moeten eerder en actiever aan tafel, laten zien dat hun rol verder gaat dan ontwerpen alleen. We zijn bruggenbouwers en moeten die rol sterker claimen. Uiteindelijk is de echte opdrachtgever niet de ontwikkelaar, maar de maatschappij.

HPP: U spreekt vaak over ‘kreukelzones en rafelranden van de stad’. Wat trekt u daarin aan?

Zwiers: Het zijn plekken vol gelaagdheid en potentie – oude havens, bedrijventerreinen, vergeten stadsranden. In Groningen, Amsterdam en Den Haag hebben we die gebieden nieuw leven ingeblazen. Wonen, werken en ontmoeten combineren daar tot levendige stadsdelen. Onvoorspelbaarheid en ruigheid zorgen voor emotionele betrokkenheid.

HPP: Hoe verhoudt zich dat tot duurzaamheid?

Zwiers: Duurzaamheid is essentieel. Wij richten ons op passief en low-tech bouwen: slimme oriëntatie, daglicht, natuurlijke ventilatie. Zo maak je gezonde gebouwen die minder afhankelijk zijn van installaties – en omzeil je zelfs problemen zoals netcongestie.

HPP: Uw focus op kwetsbare groepen valt op. Waarom juist zij?

Zwiers: Omdat ontwerpen voor de meest kwetsbaren altijd leidt tot betere gemeenschappen. Denk aan veilige routes voor kinderen of goed verlichte stoepen voor ouderen. Als het voor hen werkt, werkt het voor iedereen. In multiculturele wijken zag ik hoe empathisch ontwerpen vertrouwen en verbondenheid vergroot.

HPP: Wat betekent het HPP-netwerk voor u?

Zwiers: Het brengt mensen écht in gesprek. Via HPP ontstonden samenwerkingen die anders nooit waren ontstaan. Wat mij betreft mag de rol van architecten binnen het netwerk nog sterker worden. Want zachte waarden als leefbaarheid en inclusiviteit blijken steeds weer keihard te zijn voor het succes van vastgoedprojecten.



Reacties


Laatste nieuws