Leegstandsbeheerders zijn er inmiddels genoeg in ons land. Maar hoe onderscheid je je vandaag de dag in deze markt ten opzichte van de concurrentie? VJ sprak hierover met Rob Olivier, oprichter en directeur van Villex.

“Na mijn studie bedrijfskunde ben ik 1999 Villex, samen met een toenmalige zakenpartner gestart,” zo begint Olivier. “Voor ons moest leegstand mogelijkheden gaan bieden in plaats van enkel een probleem vormen voor de pandeigenaren.”

Pionier op gebied van De Woondiversiteit
Met deze visie in het achterhoofd is Villex na 20 jaar uitgegroeid tot een volwaardig bedrijf met 40 medewerkers dat zichzelf continu wil blijven innoveren. Want hoewel het inmiddels veelvuldig door anderen is gekopieerd was Villex al in 2002 de eerste leegstandsbeheerder die, naast anti-kraak, begon met de tijdelijke verhuur van panden. Ook waren zij de eerste leegstandbeheerder die zich bezighielden met ‘De Woondiversiteit’, een concept om verschillende groepen elkaar kunnen versterken door hen samen te laten wonen. Denk hierbij aan ouderen, statushouders, spoedzoekers en studenten.

Het Nieuwe Leegstandsbeheer
Volgens Olivier is het succes van een bedrijf te meten aan de tevredenheid van de klant. Hoe houdt Villex de klanten dan tevreden? Olivier: “Klanten blijven content doordat wij hen steeds nieuwe diensten en concepten aanbieden. Ze willen een actieve leegstandsbeheerder die meer doet dan alleen het vandalisme en het kraken tegen te gaan. Zij willen ontzorgd worden. En wij geven met een sterk team gehoor aan deze wensen en werken nauw samen met onze klanten. Bij Villex noemen we dit ‘Het Nieuwe Leegstandbeheer’, en dat is na twee decennia nog steeds de filosofie waar ons bedrijf voor staat.”

Tijdelijke transformatie van bejaardenhuizen en scholen naar sociale woningbouw of studentenhuisvesting is slechts een deel van hetgeen Villex doet. “We vinden bij Villex het sociale aspect belangrijk. Natuurlijk moeten we als bedrijf gezond zijn en blijven, maar als het een goed en mooi project is wat we neerzetten, hoeft dat niet persé tot winstmaximalisatie te leiden,” zegt Olivier.

Spoedzoekers
Het nieuwste concept uit de Villex koker focust zich op het huisvesten van spoedzoekers. Er is voor deze groep mensen, die door verschillende omstandigheden dringend op zoek zijn naar tijdelijke woonruimte, door de krapte op de huidige woningmarkt nagenoeg niks beschikbaar.

Olivier: “Villex maakt zich sterk om samen met gemeenten, woningcorporaties en pandeigenaren te kijken hoe en waar we deze groep kunnen huisvesten. Zo hebben wij recent spoedzoekers kunnen plaatsen in een voormalig klooster in Bloemendaal, dat wij onverwacht nog een jaar langer mogen beheren."

Makelaarsfunctie
Het Villex portfolio lijkt geen grenzen te kennen. Enige tijd geleden zag Olivier de kans om een bedrijf over te nemen na een faillissement. In de boedel bevonden zich ook een aantal woningen die door het bedrijf werden verhuurd. Een personeelslid met een achtergrond in de makelaardij stelde voor deze woningen namens Villex te verkopen. En wat uit nood was geboren is inmiddels uitgegroeid tot volwaardige verkooptak bij Villex met drie medewerkers.

Zij hebben allemaal dezelfde mentaliteit die Olivier had toen hij in 1999 met zijn bedrijf begon. “Enthousiast, gedreven, probleemoplossend, en dat verschil merkt de klant. Mijn personeel gaat net dat stapje verder dan de traditionele makelaar,” vertelt de trotse directeur over zijn team.

Uitbreiding op komst
Met kantoren in Barendrecht, Middelburg en Haarlem is Villex momenteel vooral actief in het westen van het land, van Den Helder tot aan Vlissingen. Olivier spreekt uit dat er goede hoop is dat er op korte termijn ook klanten in Noord-Brabant en het oosten van het land zullen worden bediend. “Wij zien nog steeds groei, zowel in anti-kraak, maar de meeste groei zit in de tijdelijke verhuur,” zo stelt Olivier.

De leegstandsbeheerder verstaat zijn vak, want hij schroomt niet om zelf ook in langjarige risicodragende ontwikkelprojecten te investeren. Onlangs werd in Amsterdam nog een voormalig laboratorium van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit getransformeerd tot 116 kamers (foto) dat volledig door Villex is gefinancierd. “Als de mogelijkheid zich voordoet dan zullen we in de toekomst meer van dit soort projecten doen,” aldus Olivier.

Toekomst van leegstandbeheerders
Hoe ziet Olivier de rol van de leegstandbeheerders over 10 jaar? Zijn antwoord hierop is: “Wat we zien is dat de rol van de leegstandsbeheerder zich steeds meer richt op het verlenen van services en diensten en de klanten zoveel mogelijk werk uit handen nemen. Ook staan panden tegenwoordig steeds vaker langer leeg, waardoor het mogelijk is om een concept ervoor te ontwikkelen dat past bij de doelgroep en de omgeving in plaats van slechts een gebouw met tijdelijke bewoners te vullen.”

Graag nog de Rotterdamse Kuip in beheer
Tot slot een luchtige vraag. Welk pand zou Olivier, in een wereld waar alles mogelijk was, nog graag in beheer willen hebben? Hij gunt zichzelf een moment om over deze vraag na te denken en antwoordt dan lachend: “Tja ik kom natuurlijk uit de buurt van Rotterdam, dan kan ik niet ontkennen dat het mij leuk had geleken om stadion De Kuip te beheren. Een combinatie van wonen, werken en eenvoudige evenementen in het stadion zouden hier prima samen kunnen gaan.”