Europese rechtspraak: Fundering kwalificeert niet als gebouw bij de beoordeling of sprake is van een bouwterrein

Europese rechtspraak: Fundering kwalificeert niet als gebouw bij de beoordeling of sprake is van een bouwterrein

Steeds vaker wordt jurisprudentie gewezen over de levering van onroerend goed en de kwalificatie daarvan voor btw- en overdrachtsbelastingdoeleinden. Recent heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) zich uitgelaten over de kwalificatie van een terrein waarop funderingen voor woningen aanwezig waren.

De btw-wetgeving kent als uitgangspunt dat de levering van onroerend goed in beginsel is vrijgesteld van btw. Een uitzondering daarop is de levering van een bouwterrein. Een bouwterrein is onbebouwde grond, kennelijk bestemd om te worden bebouwd met een of meer gebouwen. In de praktijk komt het voor dat grond wordt geleverd waarop nog enige bebouwing aanwezig is. In dat geval is het sterk afhankelijk van de feiten en omstandigheden of die grond al dan niet kwalificeert als bouwterrein.

In dit artikel geven wij een korte omschrijving van de uitspraak en gaan wij in op het belang voor de praktijk.

Casus
In de onderhavige casus heeft belanghebbende, een Deense projectontwikkelaar, percelen grond geleverd. Op die percelen heeft de projectontwikkelaar op een eerder tijdstip funderingen aangebracht ten behoeve van de bouw van woningen. De projectontwikkelaar is van mening dat de percelen niet kwalificeren als bouwterreinen, omdat de aanwezige funderingen zijn aan te merken als bebouwing. De Deense Belastingdienst is van mening dat de funderingen niet kunnen worden beschouwd als gebouw en de projectontwikkelaar derhalve bouwterreinen heeft geleverd.

Het HvJ EU volgt de Deense Belastingdienst en oordeelt dat de funderingen voor woongebouwen niet kunnen worden aangemerkt als 'gebouw' of 'gedeelte van een gebouw'. Het HvJ EU benadrukt ook nog dat bij de beoordeling of sprake is van een btw-belaste levering moet worden bepaald of sprake is van een 'eerste ingebruikneming' van een gebouw. Daartoe oordeelt het HvJ EU dat de aanleg van funderingen niet leidt tot een eerste ingebruikneming van een gebouw.

Belang voor de praktijk
Uit de uitspraak kan worden afgeleid dat grond met daarop aanwezige bebouwing eerder kwalificeert als onbebouwde grond dan voorheen werd aangenomen. Als die 'onbebouwde' grond vervolgens is bestemd om te worden bebouwd en dus kwalificeert als bouwterrein, is de levering van die grond btw-belast.

We wisten al dat een terrein met daarop alleen klinkerbestrating kan kwalificeren als onbebouwde grond, maar nu lijkt het begrip onbebouwde grond (en dus het begrip bouwterrein) nog ruimer te kunnen worden uitgelegd. Uit de uitspraak kan worden geconcludeerd dat een terrein met daarop funderingen al kan kwalificeren als onbebouwde grond. Een fundering wordt namelijk niet gezien als gebouw.

Wij adviseren om in situaties waarin grond wordt geleverd met daarop nog aanwezige bebouwing, een grondige beoordeling te maken of de grond al dan niet als bouwterrein kwalificeert. Als btw verschuldigd is over de levering kan dat, afhankelijk van het soort afnemer, voor- of nadelig zijn.

Joris van Wamelen (manager tax) en Mike Hagendoorn (senior tax consultant) maken deel uit van het vastgoedteam en zijn verbonden aan HVK Stevens te Amsterdam & Rotterdam. Heeft u vragen of opmerkingen? Stuur dan een e-mail naar j.vanwamelen@hvkstevens.com of naar m.hagendoorn@hvkstevens.com



Reacties


Laatste nieuws